zaterdag 24 januari 2015

vrijdag 23 januari 2015

Filmpjes Rosa Parks

Rosa Parks
https://vimeo.com/117594781

https://vimeo.com/117594782

https://vimeo.com/117594783


Joris Peskens Persoonlijke Reflectie - Groep A (Hij geraakte zelf niet op de blog)

https://drive.google.com/file/d/0B84JepBazWeEMmUzNk9uRloxUWs/view

Groep A - Individuele Evaluatie - Mark Machiels

Steven Thijs - persoonlijke evaluatie project “remember me” - GroepLENS


door: Steven Thijs

In de module Re-visionary stond het hergebruiken van beeld en geluid uit digitale beeldarchieven centraal. De opzet van de module was het creëren van een “archive remix” waarin materiaal wordt hergebruikt binnen een nieuwe context, gebaseerd op een thema en uitgangspunten die worden geformuleerd a.d.h.v. een onderzoek. Voor de module werkte ik samen met Elies Indigne (cmd/game), Laurence Verheyen (animatie) en Nico Prikken (tv/film). Het eindresultaat werd een multimediale video-installatie en kreeg de naam “remember me”.

Het was geen gemakkelijke weg om tot dit resultaat te komen, maar wel een boeiend proces waarin we een kritische houding hanteerden en veel gewikt en gewogen hebben om tot een duidelijk eindresultaat te komen. Na de introductie en eerste artist talk gingen we van start met een brainstorm om tot een boeiend thema te komen voor ons project. Op een wit blad papier begonnen we met het neerschrijven van enkele bemerkingen en interessante topics die reeds naar boven kwamen na het zien van de voorbeelden. Interessante topics waren ‘disneyfication’ (het plaatsen van realiteit in een Disney-kader), online identiteit en vervorming van media in de tijd, en tenslotte het creëeren van valse waarheden door ambiguïteit in beelden (bv. het monster van Loch Ness, UFO’s,…). 

Door het combineren van topics en ruimere ideeën kwamen we tot één algemeen thema dat ons allen wel interesseerde, nl. social media, de online ‘identiteitsbeleving’ en daarmee samenhangend: het persoonlijke online archief. Binnen dit thema vroegen we ons af welk beeld anderen creëren op basis van onze online zelfrepresentatie op o.a. sociale media, diverse websites,… Vaak laten we hierop slechts ‘een deel’ van onszelf zien, het deel dat we ‘willen’ dat anderen van ons zien. In dit opzicht treden sociale media als het ware op als ‘filter’ op het totale online archief van een bepaald persoon. Interessante vragen die we ons stelden waren “Hoe zou Hitler zichzelf hebben geprofileerd op online sociale media, zoals Facebook?”. Een allereerste idee: ‘een soort rating-tool voor profielen’, veranderde op basis hiervan in een concept waarbij diverse ‘social media’-profielen van bekende historische personen worden opgesteld en vergeleken. We zouden hiertoe divers archiefmateriaal verzamelen over deze personen en hiervan een selectie maken dat we op de respectievelijke ‘social media’-profielen zouden weergeven. De criteria op basis waarvan deze selectie gebeurt, is hierbij een interessant gegeven voor verder onderzoek. We trachten vervolgens deze beperkte visie in relatie te brengen tot het geheel, waarbij het tenslotte aan de gebruiker is om te reflecteren over zijn eigen profiel en zijn methodes om die selectie te maken.

Echter merkten we dat de uitwerking nog vele andere vragen opriep bij de toeschouwer: op basis van welke criteria is er een selectie gemaakt uit het materiaal dat getoond wordt als ‘social media’-profiel? Is deze selectie waarheidsgetrouw? Als het omtrent een historisch persoon gaat, wat blijft er achter van deze persoon op online archieven doorheen de tijd? Speelt censuur een rol, bv. wanneer Facebook bepaalde aanstootgevende inhoud verwijdert? Deze vragen gaven wel interessante nieuwe kijken op het project en het gegeven ‘online identiteit’. Immers hadden we zelf al gemerkt dat wat er overblijft van een bepaalde historisch ‘bekende’ persoon, vaak nét datgene is waarom hij/zij bekend is, en andere informatie oftewel afwezig is, oftewel ‘gekleurd’ is in functie van deze gebeurtenis (bv. in de meeste biografieën).

We besloten het concept en onderzoek te verfijnen op basis van deze insteek: een bekend persoon wordt vaak door de media ‘gekleurd’ op basis van één belangrijke gebeurtenis. De onderzoeksvraag verschoof hiermee van ‘hoe profileren we ons anders online’ naar ‘wat blijft er over van onze representatie doorheen de tijd’? In de uitwerking hielp begeleider Peter Snowdon ons afstappen van het idee om zelf een oordeel te willen scheppen hierover en de gebruiker hiervan te overtuigen, maar nét neutraal te blijven in de opstelling. Met onze uitwerking willen we de toeschouwer hetzelfde laten ervaren als wij als onderzoeker deden toen we opzoek gingen naar divers archiefmateriaal van een bekend historisch persoon: één gebeurtenis blijft centraal staan, andere informatie is onduidelijk of afwezig. De toeschouwer kan zichzelf afvragen wat zal overblijven van zijn eigen archief, wanneer mogelijks geen ‘belangrijke’ gebeurtenis zal plaatsvinden… Het gegeven dat we een installatie wilden creëeren die eerder openstond voor vragen en antwoorden van de toeschouwer i.p.v. een mening te willen opdringen, was erg leerrijk voor mij voor toekomstige projecten, zoals de tentoonstelling van het masterproject.

We kozen voor één centraal persoon: Rosa Parks. Ze is bekend van één gebeurtenis, op één bepaalde dag in het jaar 1955, toen ze haar zitplaats in een bus niet afstond aan een blanke. Alles wat vandaag overblijft van haar staat veelal in teken van deze gebeurtenis, die zo belangrijk werd. De ‘archive remix’ bestond erin het leven van Rosa Parks te reconstrueren in drie video’s, die elk een bepaald aspect van haar leven naar voren brachten: haar sociale leven, haar professionele leven, en haar activistisch leven. Om hiertoe te komen bestudeerden we biografieën en gebruikten we materiaal van bestaande documentaires. Echter vonden we onvoldoende authentiek materiaal dat niet over die éne gebeurtenis ging, en werden we genoodzaakt om een ‘remix’ te creëren met ander materiaal, zoals naar school gaan, werken in de tuin, een bezoekje brengen aan grootmoeder, buiten spelen,… Dit materiaal moest echter wel passen in de context en helpen de oorspronkelijke tijdsgeest op te roepen. De drie video’s worden simultaan afgespeeld, waarbij beeld en geluid eerst door elkaar lopen en de gebruiker verwarren, maar stilaan lopen de beelden meer gelijk, en wordt hierdoor sneller de éne gebeurtenis duidelijk die haar leven tekende: ‘she sat on a bus’. De verwarring over de andere inhoud is de bedoeling: het zijn zaken die er vaak niet meer toe doen.

Vanuit mijn achtergrond uit cmd en informatica, zorgde ik zelf ook voor de ‘technische ondersteuning’ van het project. Het was immers een uitdaging om de drie video’s op exact hetzelfde moment te laten starten op drie verschillende computers. Dit is uiteindelijk gelukt met een netwerkverbinding naar een server, vanwaar op een bepaald moment gelijktijdig een signaal wordt verstuurd naar de drie computers, waardoor vervolgens de video start.

Een interessant gegeven dat mogelijk aanleiding kan geven tot verder onderzoek of nadenken, is het feit dat we zelf als onderzoeker ook een bepaalde selectie maken wanneer we materiaal verzamelen dat we gaan hergebruiken. Zowel in het eerste concept als in het tweede concept kwam dit naar voor: in het eerste concept gebeurde de selectie voor de ‘social media’-profielen op basis van criteria die uit onderzoek zouden moeten blijken, maar in dat opzicht hechten we als onderzoekers een bepaald waarde-oordeel op dit materiaal om tot deze beslissing te komen. Misschien interpreteert een ander dit materiaal wel op een andere manier, en komt hij tot een andere beslissing? Ook in het tweede concept gingen we zelf opzoek naar extra materiaal om het authentieke documentaire-materiaal aan te vullen, en de zoektochten en keuzes die we hiervoor maakten, gebeurden op eigen initiatief. De eigen keuze van materiaal door de onderzoeker in de creatie van een ‘archive remix’ is natuurlijk onvermijdelijk, maar voegt mogelijks een nieuwe dimensie toe aan het resultaat: vertelt dit ook iets over de onderzoekers zelf?

door: Steven Thijs

Groep E Individuele Evaluatie Anisha

In de bijlage zit mijn individuele evaluatie voor Re-visionary.

Individuele evaluatie Anisha

Teis De Greve - Persoonlijke evaluatie

https://drive.google.com/open?id=0B7tiRNZ6HpaRa2xmelhIa2E4cVk&authuser=0

Groep A - Persoonlijke reflecties (Katrien, Mark, Joris & Glen)

Op de volgende link kan je de persoonlijke reflecties van onze groep vinden onder puntje 20, 21, 22 & 23: https://drive.google.com/folderview?id=0B9V28dWk7UqXYS04THVPMll4cUU&usp=drive_web&tid=0B9V28dWk7UqXWFNCbDQ1NXhTU3c

Reflectie van Glen: http://monkube.com/PERSOONLIJKEREFLECTIE_GlenCallaert.pdf

Dries Janssen - Persoonlijke evaluatie

https://drive.google.com/open?id=0B7tiRNZ6HpaRWDhDaUt1allxa2s&authuser=0

Marco Bolla zelf evaluatie

Voor een filmstudent was ‘Revisionary’ de interessantste keuze. Om bestaand beeld/audiomateriaal te zoeken en persoonlijk te herwerken tot een nieuw product was uitdagend maar nuttig. Bij het kiezen van de opdracht ging ik ervan uit dat het een individueel project was (zo werd het volgens mij ook aan ons voorgesteld) waarbij je op jezelf rondom een thema een filmpje moest maken. Dit trok mij naar het project. Op youtube zijn verschillende filmpjes waar de makers fragmenten van tientallen films samengooien om iets nieuws te creeëren, of waar ze een bestaand fragment voorzien van een nieuwe(en vaak tegenstrijdige) geluidsband.
Bij de eerste brainstormsessies is dat laatste er ook in blijven zitten. We zochten een interessant onderwerp waar we ons enkele maanden voor wouden inspannen. Na een tijdje zoeken zijn we uiteindelijk terechtgekomen bij de rellen in Ferguson, Missouri in de Verenigde Staten. Een zwarte Amerikaanse tiener werd zonder terechte redenen neergeschoten door een blanke agent. Dit veroorzaakte protest, onrust en woede bij de gemeenschap. Nadat de mensen (enkele maanden later) te horen kregen dat de agent niet zou worden aangeklaagd brak het protest uit in rellen. Verschillende bedrijven werden vernietigd, huizen in brand gestoken, mensen aangevallen,…  Dit was echter geen geïsoleerd moment. Doorheen 2014 kwamen in het hele land (De Verenigde Staten) vaker van dit soort zaken voor. Dit liet ons besluiten dat het wel interessant zou zijn om hier ons project rond te baseren.

De groepjes werden zo gevormd dat er in elk groepje minstens 1 persoon van de richting TV-Film zat, zodat deze het filmpje kon monteren. Zo werden de taken bij ons ook makkelijk verdeeld. Ik zou me bezig houden met al het audiovisueel materiaal terwijl de twee collega’s zich zouden ontfermen over het typwerk. Zo bleef iedereen wel bezig.

1 Van onze eerste ideeën was dat we 3 verschillende filmpjes zouden maken, met ieder 2/3 verschillende audiobanden. Elk filmpje zou de kijker in de leefwereld van een bepaalde groep plaatsen. Deze groepen zouden de mensen die betrokken waren bij het protest/rellen bevatten. De bedoeling was om een zo objectief mogelijke blik neer te zetten op de feiten, aangezien wat we in de media zien meer subjectief is. We begonnen onmiddellijk met zijn allen materiaal te verzamelen. Youtube werd het meeste gebruikt door ons vanwege het gebruiksgemak en het feit dat er onnoemelijk veel materiaal beschikbaar was op deze website.

Over het geheel hadden we meerdere uren aan footage. Langzaamaan begon het selectieproces. Ik ging elk filmpje door om te zien of er iets bruikbaars in zat. De bruikbare stukken haalde ik er uit en plaatste ik in mijn montage-tijdslijn. Nadat ik al de gedownloade filmpjes gezien had ging ik opnieuw door de gekozen stukken om te evalueren wat bruikbaar was en waarvoor. Het was op dit punt dat ik de collega’s vertelde dat het volgens mij onmogelijk was om 3 filmpjes te maken met 3 verschillende audiobanden. Het zou mogelijk zijn moest er meer tijd beschikbaar zijn, en een budget. We besloten om het terug te brengen naar 2 filmpjes met 2 audiobanden. Ik ging verder met het selectieproces.

Na alles geselecteerd te hebben vond ik dat ik veel media filmpjes had. Nieuwszenders die berichtte over wat er gebeurd was, beide commerciële en onafhankelijke. Het zou moeilijk worden om objectieve filmpjes te maken. Hierna ging ik weer naar de collega’s en stelde ik voor om in plaats van twee verschillende filmpjes met twee verschillende audiobanden, er 1 te maken en daarnaast nog een introductiefilmpje. We hadden tot op dat moment nog geen manier bedacht om de kijker te plaatsen in de situatie. Ze zouden onmiddellijk gedropt worden in de standpunten van de mensen terplekke, maar ze zouden niet weten waar het over ging. De collega’s gingen akkoord dus ik maakte een introductiefilmpje. Met het gevonden materiaal probeerde ik een zo accuraat en gedetailleerd filmpje te maken. In de eerste versie had ik dit filmpje nog voorzien met een muziekje, maar besloot later om deze weg te doen teneinde een objectiever resultaat te behalen.

Vervolgens maakte ik een filmpje met 2 verschillende geluidsbanden. 1 bracht de relschoppers aan het licht. De geluidsband was luid, aggressief, bombastisch en duister. Je hoorde mensen schreeuwen, wenen, protesteren, vernielen,… Ik behield dezelfde beelden, maar veranderde het geluid. Deze keer hoorde je mensen rustig protesteren, betogen, getuigen,…

Dit werkte al best goed. Lien had een manier gevonden waardoor de kijkers de audioband manueel konden verwisselen tijdens het bekijken. Na een paar keer testen bleek dat de overgang iets te stroef was. Er was geen gemeenschappelijk en/of continu geluid bij eender van de filmpjes, waardoor het niet soepel was. Ik besloot om een subtiel maar efficiënt muziekje onder de filmpjes te plaatsen. Verschillend in toon, maar gelijkend in minimalisme. Het ene straalde verdriet, verlies, droefheid uit. Het andere woede, agressie. Nu werkte de overgang beter en werd je niet uit de ervaring gehaald.

De filmpjes werden goedgekeurd door de collega’s en op de site geplaatst. Nu restte alleen nog de making of. We besloten om een simpel maar efficiënt filmpje te maken. In een voice over vertelde we het proces tijdens het maken van het project en hoe het in elkaar stak. Dit monteerde ik onder beelden die we van onszelf hadden gemaakt tijdens het werken. Dit werd dan ook weer op de site geplaast.


Al bij al was het een nuttige module. Ik kan niet onmiddellijk zeggen dat ik er iets van heb bijgeleerd, maar het was desalniettemin interessant. Monteren is altijd aangenaam dus daar heb ik niets slechts over te zeggen. Het samenwerken met mijn 2 collegas: Sari Ancaer en Lien De Koninck was aangenaam en efficiënt. 

Lien De Koninck - Individuele Evaluatie

Hierbij de link naar mijn individuele evaluatie: http://www.designbyliendk.be/IndividueleEvaluatie.pdf

Nico Prikken Evaluatie

Nico Prikken Evaluatie

Ons eindresultaat is tot stand gekomen na een hoop veranderingen in onze eerste opzet. Het is zeker niet gemakkelijk geweest om iets duidelijks te maken en met een onderzoek te tonen.
Voor mij was het vooral belangrijk om, in tegenstelling tot vorig schooljaar, een onderzoek te doen waar ik daadwerkelijk iets aan had. Vorig jaar bestond mijn onderzoek uit grafisch ontwerpen en een website maken. Jammer genoeg kon ik in die module weinig toevoegen, buiten helpen met onderdelen die niet specifiek met grafische vormgeving en websites te maken hadden. Iets wat er dan ook voor gezorgd heeft dat ik een onvoldoende kreeg.
Daarom stond ik dit jaar te popelen omdat het om het hergebruiken van archief materiaal ging en voornamelijk videomateriaal. Aangezien dit volledig binnen mijn vakgebied lag, kon ik me dan ook erg op mijn gemak voelen binnen de groep en vooral ook nuttig omdat ik me kon bezig houden met de montages die ikzelf en ook de anderen gemaakt hadden. Ik kon zien hoe mensen zonder een video- opleiding monteerde en een video zouden maken en hoe ik door mijn voorkennis hun werk nog wat kon helpen verbeteren.
Toch viel het mij op dat monteren tegenwoordig wel door zowat iedereen gedaan wordt. De montages van mijn collega’s waren naar mijn mening zonder mijn hulp echt al goed en ik hoefde er weinig aan te veranderen. Toch was het oorspronkelijk niet helemaal op video gebaseerd en werd de nadruk zwaar gelegd op webdesign. Het fijne hieraan was wel dat ik mij de laatste tijd wel meer en meer verdiep in die materie. Ik zou graag na mijn opleiding nog een cursus programmeren en webdesign volgen om zelf ook websites te kunnen maken en daarom was het dus erg fijn om met Steven samen te werken en toch op korte tijd redelijk wat info te kunnen krijgen over het bouwen van een website.
Ook ons eindproduct heeft hij met programmeren gemaakt en het resultaat stond er dan ook en was piek fijn in orde.
Dit was de eerste keer in drie jaar dat ik een onderzoeksproject heb kunnen doen, waarbij ik het gevoel had dat de filmafdeling echt deel was van de groep en het onderzoek. Andere jaren werden we er bij gestoken, maar konden we uiteindelijk niet al te veel doen buiten een hoop werk steken in een filmpje maken waar niemand anders van de groep echt bij kon helpen.
De groep was ook klein genoeg, waardoor we echt allemaal permanent onze handen vol hadden en ook overzicht konden houden op wat we concreet aan het doen waren, want hoe groter de groep hoe groter de kans dat er mensen zijn die het wat laten afweten.
Vooral de manier waarop we een goede balans vonden tussen het delen van ideeën en het uitvoeren van opdrachten, vond ik zeer prettig konden. We kwamen wekelijks twee keer samen en konden tijdens de uren die we samen bezig waren, zeer veel werk verzetten. We werkten het beste als we samen waren en kwamen op die momenten ook op de beste ideeën.
Toch is het niet eenvoudig geweest. We hebben veel te vaak voor een blok gestaan omdat we gewoon niet goed wisten welke weg we op moesten. Alle onderzoeken die we gedaan hebben, kwamen telkens op de zelfde conclusies uit. We wisten de antwoorden al en zaten daarom telkens vast. Dit was ook het meest voorkomende commentaar van andere groepen. Toch hebben we hier langzaam aan door kunnen werken met een doorbraak die dankzij Peter kwam die ons eigenlijk vroeg om onze houvast los te laten en ons af te vragen of we wel echt een antwoord nodig hadden op de vragen die we ons stelde. Vanaf dat moment zijn we wat meer out of the box beginnen denken en kwamen we meer en meer tot de conclusie dat ons onderzoek  zichzelf mocht uitwijzen en het niet erg was om het antwoord te weten, maar net daarom met ons project aan te tonen waarom we gelijk hebben.
Zo kwamen we bij ons filmproject uit. We zouden drie montages maken die langzaam synchroniseerden tot een gelijklopend geheel dat aantoonde dat het niet ons leven is, maar onze daden die ons typeren. Ongeacht wat we hebben allemaal hebben gedaan, zullen onze grootste verwezenlijkingen voor iedereen die er iets aan gehad heeft, maar ook de nadelen ervan ondervonden heeft, in herinnering blijven. Dus als we iets positief doen na een erg negatieve ervaring, zal men na onze dood evenzeer onze negatieve dingen onthouden.
Willen we dit? Natuurlijk niet. Maar vooral door de manier waarop men met archieven omgaat, bepaalt wat van belang is voor de rest van de wereld over ons. Daarom synchroniseerden we de filmpjes naargelang de looptijd op. Ze hadden telkens een ander thema en toonden compleet uiteenlopende beelden. Maar omdat we telkens de zelfde beelden toonden op alle drie de schermen, bleven deze ook in het geheugen hangen. Mensen konden deze wel onthouden en de rest bleef niet even goed bij.
Dit bewijst waar we allemaal aan denken, maar toont het op een dusdanige manier dat we het echt op korte termijn ervaren en ook onszelf als een soort bio-archief kunnen voorstellen. We slaan op wat we het belangrijkste vinden, maar door het uitvergroten van de daden die we te zien krijgen, blijven deze dingen bij en slaan we ze op. Deze kunnen we ook na vertellen en zo werkte het met een echt archief ook.

Niemand zal op zoek gaan naar het lievelingseten van Rosa Parks in een archief al zou dit er wel mogelijk in staan. Wat ze wel gaan zoeken is details over haar buservaring. En dat is voor mij wel ook een eyeopener geweest binnen de uitvoering van dit project. Dat we wel veel mogen denken, maar het past echt een confrontatie wordt, wanneer we ervaren wat we denken op een manier die alles duidelijk maakt.

Individuele reflectie - Remember Me

Individuele reflectie op GroepLENS - Remember me?
Door laurence Verheijen


Het onderzoekproject ging niet altijd even vlot, maar ik vind dat we een mooi traject hebben afgelegd waarbij je duidelijk ziet hoe we gegroeid zijn en verschillende denkpistes bewandeld hebben. Uiteraard zijn er vele vragen opgerezen waar we niet verder op ingegaan zijn, maar die alsnog tot nadenken zetten. 

Dat we vertrokken vanuit sociale media vond ik een interessant begin, immers wordt onze leefwereld tegenwoordig voor een groot deel online bepaald en veel mensen zijn zich niet bewust van wat er kan gebeuren met de informatie die ze online zetten. Het is dus interessant om een project te doen rond onze online zelfrepresentatie, hoe we onszelf online profileren, en hoe andere mensen op deze informatie reageren. Het lastige aan dit uitgangspunt was dat het antwoord erop nogal obvious en voor de hand liggend was en we er een open deur mee intrapten. Het ging dus ook moeizaam om een origineel concept te bedenken voor ons eindresultaat. Daarom maakten we een erg moeilijke stap, en lieten we het online zelfrepresentatie idee links liggen. Dit was lastig, kill your darlings, maar ik denk dat het een onvermijdbaar punt is in onderzoek, om van je eerdere denkpiste af te stappen en een nieuwe weg in te slaan die dieper gaat en meer interessante dingen naar boven brengt. 

Onze volgende vraag was 'hoe beeldt de media mensen af?' Dit is al een interessantere vraag, omdat er niet meteen een eenduidig antwoord op geformuleerd kan worden en we het antwoord moesten ontdekken door middel van onderzoek te doen. Omdat we graag een duidelijk voorbeeld wilden nemen (immers een kunstwerk is in mijn ogen nogal onzinnig als niemand het begrijpt of niemand er een link mee kan leggen, dan zit je wat in het wilde weg te zwaaien en wek je geen belangstelling bij de toeschouwer). We werkten rond erg getinte personages, en de verschillende zijden van het verhaal. Immers tegenwoordig zie je veel nieuwsartikels, posts, etc, die erg gekleurd zijn en nogal eenzijdig een gebeurtenis weergeven. We wilden hier op inspelen en we zagen dit allemaal erg zitten. Toch ging dit ook niet vlot, maar net omdat het niet vlot ging, is ons project alweer gegroeid naar een hoger niveau. Ik vind dan ook dat onze tegenslagen en moeilijke start ons project net sterker gemaakt hebben. De reden dat het niet vlot ging, was omdat we van de personages die we uitgekozen hadden eigenlijk énkel maar de gekleurde dingen van hun verhaal terugvonden. En in plaats van dan andere personages te kiezen, hebben we iets gedaan wat veel sterker was. We botsten tegen een probleem, en zijn over dit probleem gaan nadenken, wat een onderzoek ook verlangt, geen hindernissen uit de weg gaan, maar de hindernissen bestuderen en er een oplossing voor vinden, of net op die hindernis commentaar geven met de installatie en afstappen van het eerst beoogde eindresultaat. 

Het probleem was dus dat we enkel de gekleurde versies van het verhaal vonden, en er buiten dit weinig informatie te vinden was over die persoon, of toch, weinig informatie die niét verwees naar dat ene wat die persoon kenmerkt. We voelden aan dat dit een belangrijk punt, was , zelfs nog belangrijker dan onze oorspronkelijke onderzoeksvraag. Door het onderzoek uit te voeren en te werken naar het eindresultaat, zijn we geëvolueerd van een eerder 'geforceerde' onderzoeksvraag, naar een onderzoeksvraag die gebaseerd is op onze eigen ervaringen en die dan ook maatschappelijk een diepere betekenis heeft, omdat die gebaseerd is op dat wat echt is, op een echt probleem, en niet een probleem dat we willen opdringen. Daardoor konden we het publiek van onze installatie ook beter benaderen. 

Wat we dus gingen doen was onze bevindingen duidelijk maken aan hen die niet in het kader van een onderzoek dingen opzoeken en er dus minder bij stil staan dat hun zoekresultaten erg eenzijdig zijn en erg gekleurd. Dit deden we door de oorspronkelijke context van het leven van een bepaalde persoon te reconstrueren. Dit was in kader van het punt dat we wilden maken, namelijk dat er eigenlijk geen echt context terug te vinden was, maar enkel gekleurde weetjes die in een bepaalde richting wezen. Een vraag die dit ook kan oproepen is, hoever kan je hierin gaan, immers alles wat we nu vinden van een vroegere tijd, is toch gekleurd? Bepaalde dingen zijn misschien niet overgeleverd, hoe correct is onze visie op lang vergane tijden? Dit zijn we niet verder gaan onderzoeken, omdat dit immers niet het doel was van ons onderzoek, maar het is wel interessante materie om verder over na te denken.

Ik ben erg tevreden over hoe we uiteindelijk onze ondervindingen aan het publiek overbrachten. We wezen niet met de vinger, maar zetten het publiek aan tot nadenken door een overvloed aan informatie te laten wegvagen door éen enkel feit. Een van de vragen die gesteld werden was 'He, wat zou er met mijn persoonlijk archief gebeuren, indien ik mijn leven niét getekend wordt door een bepaalde belangrijke gebeurtenis?" Goeie vraag, en inderdaad een van de vragen die we wilden dat de toeschouwer zichzelf afvraagt. We bieden geen antwoorden, dat is niet de bedoeling van onze installatie, maar we willen mensen aanzetten tot kritisch zijn. Kritisch over zichzelf, kritisch over de zoekresultaten die verkregen worden op sites zoals google.  Dit is wat kunst in mijn ogen moet doen, een actueel en/of wezenlijk probleem dat door de algemene mens aanvaard wordt, onder de aandacht brengen en in vraag stellen. Voor mij was het dan ook een erg geslaagd project. 

documentatie: Remember Me?



Het project en de 3 verschillende video's kan je bekijken op dit adres:

persoonlijke evaluatie, Elies Indigne


Persoonlijke evaluatie, Elies Indigne


    Het project waar ik samen met Laurence, Steven en Nico aan gewerkt heb is getiteld "Remember me ?" en dat is ook waarover onze installatie en ons concept ging: Hoe wij als mensen, de media en de geschiedenis ons herinnert.  Het gaat over ons nalatenschap en wat er overblijft van ons persoonlijk archief. Dit nalatenschap wordt gekenmerkt door onze slechtste of beste daad. Deze éne daad overschrijft wie we zijn als personen en is uiteindelijk hetgeen dat overblijft.

    Deze insteek was echter niet van het begin duidelijk voor onze groep. Ons concept heeft gedurende de module een enorm groeiproces doorstaan met enkele lage dalen waarop we de weg een beetje kwijt leken te zijn. Het idee van rondt een historisch figuur te werken is altijd aanwezig geweest, maar in het begin waren we veel meer sociale media aan het bestuderen als een bron van zelf-archivering. We wilden aantonen hoe waarheidsgetrouw deze zelfpresentatie was. Het probleem dat hier echter snel opdook was dat we zeer voor-de-hand liggende onderzoeksvragen gingen stellen, waar we zelf al een antwoord op wisten en de toeschouwers waarschijnlijk ook.

Groep LENS - Making of


Evaluatie Arno Van Baelen Groep E

Het uitgangspunt waarmee wij begonnen zijn kwam voort uit onze intressen voor het gegeven van een personlijk archief. Dit kwam voort uit onze constatering dat iedereen zo’n archief heeft maar dat we ons daar eigenlijk niet zo bewust van zijn. Onze opzet was dus om te kijken wat we binnen het gegeven van found footage met dit onderwerp konden doen en wat daar als eindresultaat van konden maken.

Dit uitgangspunt werd ons al snel duidelijk reeds tijdens de eerste brainstorm sessie kwam dit naar boven. Gelukkig was dit iets dat ons allemaal intereseerde en waar alle drie achter stonden. Ook was het voor ons al snel duidelijk dat ons eidresultaat meer in de richting van een fisieke instalatie zou liggen dan een film of zelfs een op film gbazeerde instalatie. Dit doordat niemand in onze groep hier behoefte aan had en dat onze talenten hier eerder op inspeelde.

Het concept was dus om door gebruik te maken van found footage een nieuw archief samen te stellen en dat te exposeren. 

Aangezien we we meer wouden weten over wat nu een persoonlijk archief inhield zijn we dit eerst gaan onderzoeken. Vooral hoe een persoonlijk archief gestructureerd is en wat zich er allemaal in bevind, en wat niet, waren vragen die ons tijdens dit deel van het proces bezig hielden.

In de eerste plaats zijn we gaan kijken naar onze eigen archieven om op deze vragen antwoord te krijgen. Door dit te combineren met de biografie van Cleopatra konden we een ruggengraat creeëren waarop we ons konden baseren.

Tijdens het onderzoeksproces is de instalatie die we als eindresultaat voor ogen hadden steeds mee blijven groeien naarmaten ons inzicht naar het wezen van een persoonlijk archief groter werd. Hiebij kwam ook de drang om het archief zo realistisch mogelijk weer te geven. 

We waren begonnen met en eenvoudige instalatie waarbij de bezoeker plaats nam achter een enkele computer. Maar dit beantwoorde niet aan de eisen die we onszelf gesteld hadden dus kwamer er steeds meer fisieke componenten bij. Erst was dit een bureau, dan 2 muren en uiteindelijk een complete kamer.

Ook hoe de instalatie bezoch word is gegroeid tijdens het proces, eerst kon iedereen eerder in willekeur plaats nemen en deelnemen, mogelijk met meer dan één persoon tegelijk. Dit evolueerde uiteindelijk in een situatie waarbij één persoon tegelijk vijf minuten de tijd kreeg om het archief te bezoeken. Het gegeven van de tijdslimiet is ok iets dat pas later zijn belang getoond heeft en ook groeide. Zelfs tijdens het testen van de instalatie hebben we hier nog aanpassingen op gemaakt.

Doordat we niet alleen geintereseerd waren in wat nu een persoonlijk archief is maar ook in hoe mensen hier mee omspringen in een open setting was het belangerijk om de instalatie te testen. Het was voor ons belangerijk om dit te doen voor het presentatie moment omdat we dan nog iets konden doen met de verkregen resultaten.

Eerst werd de digitale kant van het archief samen gesteld. Dit is waar we het eest gebruik gemaakt hebben van found footage. De bronnen waaruit deze beelden kwamen was erg varieerend en afhankelijk van het thema. Het opvallenste was dat een groot deel van de beelden uit andere mensen hun persoonlijk archief afkomstig was. De manier waarop wij met deze beelden in aanmerking kwamen en de gevoelens die we daarbij hadden was een gevoel dat we ook aan de bezoeker van de instalatie wilden we meegeven.

Nadat we het grootste deel van het digitale archoef verzameld hadden begonnen we te plannen aan de fiesieke componenten. Wat hebben we allemaal nodig, wat voor bureau past bij het persoonlijk archief, waar kunnen we al deze spullen halen. En dan zijn we begonnen met het opstellen van de instalatie, we kozen voor deze aanpak omdat door het samenbrengen van al het materiaal we weer nieuwe inzichten zouden krijgen van wat we nog nodig hadden en wat wel en niet paste. Dit bleek inderdaad zo te zijn maar we hadden toen reeds een goede kijk op de persona dat dit zeer vlot ging.

Het eerste bezoek aan onze instalatie was zeer spannend. Zouden mensen zich vijf minuten bezig kunnen houden in de instalatie, was het een coherent geheel en voelde het als echt aan. De eerste proefpersoon was zelf ook erg zenuwachtig en liet zich doordoor wat minder gaan. Dit verbeterde sterk bij de tweede en derde bezoeker. Het ging zelfs zover dat iemand die eerst niet alleen naar binnen wou dit uiteindelijk toch gedaan heeft en zich toen erg geamuzeerd en had en geintrigeerd geraakte met de persona op wie het archief gebaseerd was. 

Wat voor ons het fijnste was, was om te observeren hoe de bezoekres door de instalatie gingen, naar wat ze wel en niet keken en hoe ze op het geheel reageerde. We hadden dan ook voorzien dat we de bezoekers tijdens het bezoek konden filmen en konden zien wat ze op de computer aan het bekijken waren. Als laatste hebben we dan al de bezoekers geintervieuwd. Op deze manier is het resultaat van dit onderzoek tastbaar en blijvend geworden en niet een instalatie die één keer ergens gestaan heeft en die maar een paar mensen ervaren hebben. 

De reacties op de instalatie waren zeer positief en kwamen erg overeen met de doelstellingen die we onzelf opgelegd hadden. Zo was het voor mensen zeer duidelijk dat het een aparte ruimte was en dat ze zich compleet afgesloten voelde van de ruimte waarin de instalatie zich bevond. Ook ging niet iedereen zo maar overal in kijken, iets wat we wel verwacht hadden maar dat toch fijn was om daadwerkelijk te zien gebeuren. Ook zijn verschillende mensen er in geslaagd om aan de hand van het archief te raden op wie het archief gebaseerd was. Wat ons ook opviel was dat mensen gemakkelijker naar fisieke voorwerpen grijpen dan plaatsnemen achter de computer.

Er zou op veel verschillende manieren onderzoek gedaan kunnen worden naar persoonlijke archieven en vanuit verschillende disciplines. Vooral de vraag wat je allemaal wel en vooral ook niet kan leren van een persoonlijk archief lijkt mij een interesant gegeven om te onderzoeken.


Arno Van Baelen
23/01/2015

Eindresultaat groep B

Hierbij de link naar onze website: http://www.designbyliendk.be/ferguson/index.php
en de documentatie http://www.designbyliendk.be/ferguson/Documentatie.pdf die je           ook op de website kan vinden, net zoals onze making off video.

woensdag 21 januari 2015

Group C - Artist Talk Yaël André

Artist Talk - Yaël André

Yaël André is a media artist and multiple film festival winner from Brussels. She has specialised in producing artistic film projects from found footage, which is mainly in the format of 8mm. Her famous work When I will be dictator deals with topics around death and the coping with it, and is characterised by its partly light and humorous approach of the matter. In her projects she includes both, external and her own footage. She spent about ten years producing her own material and collected that of e.g. her friends as well. The material consists of footage depicting everyday life, in families for example.
André spent about four months on transferring all the material into a digital archive, and another four month watching and sorting the hundreds of hours of footage according to theme (about 60 different). She then used that material to produce her film When I will be dictator, which later had to be re-transferred to HQ in order to be broadcasted. The editing itself took about 1 ½ years, while as the entire production run for about three years. She reflects on the work as a very difficult and elaborate procedure.
For When I will be dictator André was inspired by the death of a friend. It is both, a feature film as well as a documentary. André decided to re-create and re-assign new foley and voices to the videos, as the original sounds of the footage could no longer be used. She tried, however, to apply only little post production in respect to the material. For the shown conversations, she wrote and recorded new dialogs that are – again – humorous but also slightly cynical and critical and that stimulate to think. To her own surprise, the film was a world-wide success. She states that the film mainly about imagination, rather than about the archives.
During the production of the film, André also started a web documentary about her project, which took circa nine months to finish with a team of about ten people from Brussels and France. She labels it as a tribute to the disappearing super 8 film format. This archive enables people to browse through video footage and create personal clips, as if they were real memories.  In fact, André considers the project as an archive of memories, rather than a regular video archive. The fascinating aspect of this project is the re-assigning of meaning to footage that once had ideal and personal value.  People create short films and, in a way, pretend as if the outcome depicted their real memories. The footage on the website differs from the material used in her film though.  People are able to chose among about 400 of the so-called “souvenier scenes”, between 64 minutes of music, and seven mood sounds. She says her project fills “the memories with life” again.


vrijdag 16 januari 2015

donderdag 15 januari 2015

Group C - Artist Talk Jesse McLean

Jesse McLean

Jesse Mclean is an American media artist who became fascinated by human behavior and relationships. Though her initial aim was to become an animator, her greater passion for movies started to grow when she first came in contact with found footage. It was a spontaneous result of a work with collage material. For Mclean, it is important to create both visual and interactive experiences for her  viewers. In her work, it occasionally becomes difficult to distinguish the difference between humor and other emotions. Mclean is not a full-time artist, but pursues her arts in her free time  

“If you put any footage before an artist, he will put it together in the way he thinks it fits the best” 
– Jesse Mclean.

In her projects, Mclean does not exclusively focus on the use of randomly found video material, but also includes footage of friends or uses narrative texts as a source for ideas. Especially narrative texts seem to be of great inspiration to her. She chooses stories intuitively, though they come along with a theoretical background as well. Jesse often feels strong compassion and empathy for the people that act in her video material. She connects with the found footage on an emotional level. As she prefers working in a socially familiar environment, Mclean lets her friends perform and act in her films. She searches for material on public and easily accessible platforms like YouTube, or from DVDs. According to her, “Internet is just a portal”. Besides the regular use of footage from YouTube, she also creates her own material. From her position as a media artist, the process of creating the “right” combination of found footage and her self-made videos is an interesting challenge. Producing her first experimental film for example proved to be difficult and very time consuming.   
She prefers the use of film, TV, etc. The Internet is just became an indispensable archive to make her life as an artist much more comfortable.


Magic for beginners


Magic for beginners is her final work of her first three short videos, which took about a year to produce. She has a close bond to the people that took part in this project. The emotional connection between her and the actors is an important aspect. Magic for beginners portrays the stories of people that got attracted by media and made a sort of unreal, ‘magic connection’ with it. 
One girl, for example, tells about the moment she entirely fell in love with Leonardo DiCaprio, an actor from the film Titanic. She went as far as to delusion herself into being in an actual relationship with DiCaprio. Magic for beginners ends with a video collage of little girls and women singing the theme song of Titanic (My heart will go on by Celine Dion) It is obvious here that Mclean used YouTube as the main archive, as the material mostly consists of amateur and home videos. 


Magic for beginners intends to raise the audiences’ awareness about possible effects and dangers of the contemporary media culture. Nowadays Jesse presented her work at museums, galleries and film festivals worldwide, including some of the biggest festivals from Europe.

dinsdag 13 januari 2015

Artist talk: Yaël André - GroepLENS

Artist talk: Yaël André

Yaël André is een Waalse regisseur die werkt met found footage. Voor deze footage beperkt ze zich tot beelden die gefilmd zijn op 8mm, dit omwille van de hoge kwaliteit. De films zijn afkomstig van vrienden, maar ook van rommelmarkten, zolders, eigenlijk van zowat overal. In totaal heeft ze op die manier 100uur film verzameld. Alleen het digitaliseren en categoriseren nam ongeveer 8 maanden in beslag. Ze besprak tijdens de talk twee van haar werken, die gemaakt zijn met een deel van de found footage, wat ze met de overige 97 uur aan film gaat doen, staat nog niet vast, maar het biedt een wereld aan mogelijkheden en als die even interessant worden als de twee projecten die besproken zijn, kijk ik er alvast heel erg naar uit.

De twee werken die besproken zijn waren een documentaire en een website. De documentaire bevat zo'n anderhalf uur footage van de in totaal verzamelde 100uur, de website 2 uur.

De documentaire: 'Quand je serai dictateur' 
Trailer: http://vimeo.com/75013249



De documentaire bestaat uit 12 hoofdstukken die elk een parallel universum voorstellen. Het idee alleen al is erg inspirerend. Verloren gegane herinneringen combineren tot een nieuw geheel, zodat ze een andere dimensie krijgen. De fragmenten die ze combineert, zijn namelijk registraties van stukken uit mensen hun leven, het is dus geen fictie. Door ze te combineren maakt ze de mogelijkheden waar, en creëert ze een nieuw universum, een speels universum van dingen die mogelijk zouden kunnen zijn, maar het toch niet zijn, misschien enkel in onze herinneringen. Er schuilt zoveel poëzie in de eerder alledaagse beelden die ondersteund worden door een vernuftige klankband. Waar de gemiddelde kijker volgens haar eerst een beetje verbaasd is over 'huh de stem matcht niet met het beeld', blijkt het na even gewenning net een extra dimensie geven aan de beelden, en de beelden geven in hun plaats meer betekenis aan de tekst. Ook in de klankband behoudt ze haar speelse manier om op de wereld te reflecteren, op een gegeven moment dubt ze de stemmen en laat ze commentaar geven op haar eigen idee over haar film. De klankband zit nét op de lijn tussen waar en niet waar, ze staat in relatie tot de beelden, geeft er soms commentaar op, of verhaalt wat er gebeurt. Is de film nu fictie die non-fictie wordt, of non-fictie die fictie wordt? Yaël speelt met dit gegeven en creëert een film vol subtext. Er schuilt een o zo mooie eenvoud en onschuld in haar film, dat ze zelfs de zwaarste thema's heel simpel en licht kan brengen. Het verhaal dat ze wou vertellen, wat haar vertrekpunt was, was de dood van een vriend van haar. De manier waarop ze dit benaderd is erg zacht. Geen drama, maar een stille gewaarwording en besef. Een hunkering naar een tijd die enkel in delen bestaan heeft, maar niet als geheel, en door hun oorsprong zo waarheidsgetrouw aandoet dat we het graag voor waar aannemen. Het verschil tussen haar en andere kunstenaars die met archiefbeelden werken, is dat ze niet focust op het archiveren van de gevonden uren film, die een herinnering zijn van een tijdsspanne van 60 jaar, en de waarheidsgetrouwe herinneringen wou bewaren, maar de mogelijkheden achter de gebeurtenissen gaat achterhalen. Ze maakt er haar eigen fictiewerelden mee. 


De website: 'Synaps'

http://synaps.arte.tv/



De website is gebaseerd op dezelfde 'voorraad' footage als de documentaire, maar geeft er een heel andere invulling aan. Dit vind ik ook erg fijn, om gewoon creatief te zijn met de footage die ze heeft, en niet vast te zitten in hetzelfde patroon. De website laat mensen een nieuwe herinnering maken. Ik zie hier wel een verband met de film, waarin Yaël een nieuw universum creëert. De site nodigt uit om naar de film te kijken, en de film nodigt uit om de site te bezoeken, maar het is niet zo dat ze elkaar aanvullen. De herinnering die de gebruiker kan samenstellen op de site is weliswaar geen geheel nieuw universum, maar het is wel een nieuw gegeven van wat had kunnen zijn. De site lijkt vrij 'simpel', maar het is zeker niet eenvoudig om alle footage op te laden in een site en ze gemakkelijk toegankelijk te maken en ervoor te zorgen dat ze snel laden. De opbouw van de hersenen en de synapsen vind ik dan ook goed gevonden, het werkt vrij intuïtief en het is een goede uitbeelding van hoe we herinneringen maken. Immers, er zijn genoeg mensen die verschillende herinneringen met elkaar verbinden en zo tot een niet werkelijke realiteit komen over bijvoorbeeld hun jeugd. Yaël is erg voorzichtig met copyright en ze gooit niet zomaar random dingen op het internet. Ze beseft dat de herinneringen ooit aan iemand toebehoorden, en probeert ook telkens de oorspronkelijke eigenaar toestemming te vragen. Dit lukt natuurlijk niet altijd, gezien de eigenaars vaak al overleden zijn of niet meer terug te vinden. Het respect voor het beeld en de manier waarop ze met herinneringen omgaat en elke herinnering als een waaier aan mogelijkheden beziet, vind ik erg verfrissend in deze tijden van pakken (kopiëren), gebruiken en weggooien.

Media archeologie 3 - Groep LENS

Archeologie: wat stellen we in vraag?

In de jaren ‘20 groeide een jong en onbekend meisje van Afrikaanse afkomst op te Alabama in de Verenigde Staten. Haar vader was een timmerman en haar moeder was leerkracht in een plaatselijk schooltje. Ze kreeg thuis les van haar moeder en ging op 11-jarige leeftijd naar de industriële meisjesschool in de hoofdstad Montgomery. Ze stopte echter vroegtijdig met school toen haar moeder ernstig ziek werd, en ging later werken in een naaifabriek. Daar leerde ze haar man kennen, een kapper en actief lid van de burgerrechtenorganisatie NAACP. Later sloot ze zelf ook aan bij deze organisatie.

Op 1 december 1955 stapte ze op de bus huiswaarts na een lange werkdag. Ze nam plaats in het busgedeelte dat toegekend was aan kleurlingen. Die dag echter stapten veel blanke mensen op de bus, waardoor de kleurlingen moesten plaatsmaken. Zij weigerde als kleurlinge haar plaats af te staan en werd hiervoor gearresteerd. Omwille van deze gebeurtenis belandde ze in de geschiedenisboeken: Rosa Parks, ‘the first lady of civil rights’. Haar opstandige daad veroorzaakte een kettingreactie aan andere protestacties, en ze werd het symbool van het verzet tegen de rassensegregatie. In 1957 werd het ‘Civil Rights Act’ goedgekeurd, waarmee een einde kwam aan de discriminatie.

Binnen dit project staat centraal welke rol de media speelt in de algemene beeldvorming over een bepaald (bekend) persoon in het collectief geheugen. We focussen binnen het project op het voorbeeld van Rosa Parks. Haar leven wordt gekenmerkt door één bepaalde gebeurtenis: ze weigerde haar plaats af te staan aan een blanke. Wanneer men zoekt naar Rosa Parks in diverse archieven, lijken deze voornamelijk te focussen op deze ene gebeurtenis, en wordt haar leven voorgesteld in functie van deze gebeurtenis (voorbeeld). Men lijkt snel tevreden te zijn met deze ‘nauwe’ uitkomst, vele andere aspecten uit haar leven lijken betekenisloos.

Het idee dat een brede context onbelangrijk is wanneer een persoon getekend wordt door een bepaalde belangrijke gebeurtenis, willen we uitdrukken d.m.v. een installatie. Zonder kritiek te willen stellen, willen we deze ervaring op een uitdagende manier oproepen bij de gebruiker. De installatie bestaat uit drie video’s over het leven van Rosa Parks, die simultaan worden vertoond. Elke video belicht voornamelijk één bepaalde zijde van haar leven: haar persoonlijke en sociale leven enerzijds, vervolgens haar professionele leven en tenslotte haar ideologie. De kijker voelt zich eerst overweldigd en verward door de mix van beelden en geluiden die hem bereikt, er lijkt in eerste instantie geen logisch verband tussen de bronnen. Gaandeweg ontstaat er meer orde en evolueren de verschillende beelden naar één beeld over de gebeurtenis die haar leven tekende.

Vragen die we hiermee willen oproepen, kunnen luiden als volgt: wat moet ik met al deze informatie die op mij af komt? Waarover gaat het? Kan het wat rustiger, ik wil de beelden één voor een kunnen bevatten! Een begrijpbaar overzicht van Rosa Parks’ leven aanbieden, is echter niét onze bedoeling. De verwarring die ontstaat als gevolg van de chaos van beeld en geluid, wijst op het onbelang deze informatie volledig mee te hebben om te begrijpen waarover het gaat, daarvoor blijkt één boodschap vaak voldoende. Dit is het beeld waarmee de drie video’s dan ook simultaan zullen eindigen.

Geleidelijk aan ontstaan er enkele overeenkomsten in de drie video’s die het leven van Rosa Parks beschrijven. Doorheen het verloop ontstaan dus momenten waarop de video’s met elkaar kruisen en hetzelfde beeld en geluid op hetzelfde tijdstip laten zien. Op die manier krijgt de toeschouwer even een moment van verduidelijking, en zodoende een hint over wat de films zouden kunnen gaan. Als beloning om te chaos gedurende de bepaalde tijdsspanne te hebben doorstaan, krijgt de toeschouwer op het laatste de clue, de eigenlijke gebeurtenis die Rosa Parks kenmerkt en waar hij oorspronkelijk naar op zoek ging. Er is duidelijkheid, er is begrip, de overige fragmenten vallen op hun plaats, maar zijn zonder het sleutelmoment verder ook van weinig betekenis.

Dit zorgt ervoor dat we een vraagteken kunnen plaatsen bij de betekenis van het persoonlijk archief van die persoon. Doorheen de jaren lijkt dit te reduceren tot één enkele gebeurtenis die de persoon determineert. De vraag die we dan kunnen stellen is, zou Rosa Parks zonder die specifieke gebeurtenis nu nog even belangrijk gevonden worden, en zou haar online archief tot de dag van vandaag overgeleverd worden? Er zijn talloze leden van de NAACP die zich ook zeer hard hebben ingezet tegen rassendiscriminatie, en het is slechts één enkele daad die Rosa Parks van hen onderscheidt. Dit roept ook vragen op over wat er overblijft van het persoonlijk archief van een bepaalde persoon doorheen de jaren. Het doet de gebruiker mogelijks ook reflecteren over wat van hem/haar gaat overblijven, en welke herinneringen en levensgebeurtenissen van hem/haar verloren zullen gaan op het wereldwijde web. Wat zou er van ons persoonlijk archief overblijven zoveel jaren later? Is het nodig dat ons leven gekleurd wordt door een bepaalde belangrijke en/of opvallende gebeurtenis opdat mensen ons jaren later nog zouden herinneren en er nog een online archief van ons zou blijven bestaan? Indien ons leven een dergelijke gebeurtenis zou bevatten, zouden we dan blij zijn moest men enkel daarop focussen?

De video’s over het leven van Rosa Parks zijn een mix van ‘found footage’: we hergebruiken documentaire- of filmmateriaal over Rosa Parks, maar daarnaast ook materiaal dat oorspronkelijk niet noodzakelijk een link heeft met Rosa Parks, maar wel in de historische context past. Dit maakt dat de beelden bijgevolg niet geheel waarheidsgetrouw zijn, maar wel helpen de oorspronkelijke tijdsgeest op te roepen. Biografiëen van Rosa Parks die vandaag toegankelijk zijn, zijn immers vaak samengesteld in functie van dat ene voorval: de lagere school die vernoemd wordt was een lagere school voor kleurlingen, haar jeugd wordt beschreven a.d.h.v. aanvaringen met de KKK, en tenslotte het voorval zelf en de gevolgen ervan. We willen de content hercreëren die in de loop der jaren verloren is gegaan omwille van het ene belangrijke aspect uit Rosa Parks dat naar voor springt en de andere gebeurtenissen overschaduwt. Hiertoe verzamelen we tevens materiaal die helpen het plaatje ‘Rosa Parks’ te vervolledigen. We weten niet alle details over Rosa Parks, maar door gekende details te verbinden met verder onderzoek over o.a. het leven van de Afro-amerikaan in de tijdsperiode van Rosa Parks, kunnen we extra inhoud vinden om de video’s aan te vullen. Vervolgens doet de toeschouwer waarschijnlijk hetzelfde als wat er gebeurde met het meeste archiefmateriaal van Parks door middel van overlevering en selectie: de talloze trivia uit Rosa Parks’ leven vergeten, en enkel ‘het belangrijkste onthouden’.

Artist talks: Jasper Rigole en Jesse McLean groep B

https://drive.google.com/file/d/0B_5piBnOX2ggRVBDRUlIZWVOOUk/view?usp=sharing

maandag 12 januari 2015

archief I en II groep B (sari ancaer, marco bolla, Lien De Koninck)

https://drive.google.com/file/d/0B_5piBnOX2ggSFd3cGVZNEtQVXM/view?usp=sharing

Group C - Media Archeology 1 + 2

Media Archeology 1

https://drive.google.com/open?id=0B7tiRNZ6HpaRY05YNEJoU1hRRjQ&authuser=0

Media Archeology 2

https://drive.google.com/open?id=0B7tiRNZ6HpaRd1pGY29XUzNuZUk&authuser=0

Group C - Artist Talk: Jasper Rigole

Jasper Rigole is Belgian media artist with a background in film. After he successfully finished his studies at the film department of the Academy of Fine Arts in Ghent, his interests shifted away from being behind the camera himself and now he solely creates videos and installations with found footage. When Rigole explained this during the artist talk we had, it almost felt to me as if he created a strong aversion for shooting fiction films. Of course it is normal that an artist’s inRigoleterests shift during his artistic career, but the way Rigole spoke about his approach to film making, was unlike anything I heard before from other film graduates. His bio (http://bamart.be/en/artists/detail/907) states the following: “By using an encyclopedic approach and a quasi-scientific precision […] he further investigates concepts such as authenticity and objectivity”, and this is not only visible in the works he produces, but in his whole attitude as a (video) artist.

The found footage he uses in his projects are 8mm films found on flea markets, which he digitized and ordered in a classification system. Rigole states that these 8mm have no real value, except for the memories they contain for very specific people. The memories on these 8mm films are mostly happy ones, and in his work Paradise Recollected, he combines these happy videos with a story that tells about the search for a utopian paradise. By adding a corporate voiceover, the images presented become very alienating and even the feeling of memory is subtracted from them. The fact that the footage Rigole collects in it’s original form (e.g. 8mm home videos) only has a meaning to a very limited set of people is interesting for our own project. But where as Rigole extracts the videos from their original context and makes them available to everybody, we try to do the opposite; limiting access to create an archive that reflects somebody's likes and interests.

Paradise Recollected is just one of the many works Rigole created from his collection of found 8mm film. He bundles this work in the project The International Institute for the Conservation, Archiving and Distribution of Other People’s Memories (IICADOM). Using the same kind of footage for different projects could become boring and repetitive, but Rigole tries to experiment with different visual languages in his projects. This results in innovative ideas that explore a broad range of questions about the found 8mm film.


The website of the IICADOM also functions as an open archiving system for all the digitalized 8mm footage. Making the footage available for remixing is most certainly a nice idea, but the archive, as Rigole presented it during the talk felt very premature to me. Throughout its projects, IICADOM explores the use of corporate language and elements. This is very visible on the website and I think this is an interesting artistic experiment. However, the whole idea of transforming the tagging of archive content into some sort of game where you could gain achievements felt a bit rash. It felt more or less like something Interaction Design students would create for a school assignment, rather then something that would fit in a refined project liked the IICADOM. 

Artist Talk: Jasper Rigole - Groep LENS

Het project van Jasper Rigole is ontstaan vanuit een interesse voor film. Het is allemaal begonnen met een kleine collectie van 8-min video’s die hij vond op Freemarket. Dit waren antieke “homevideo’s”. Deze video’s zette hem tot denken: wat is het motief geweest voor deze beelden op te nemen?. Ze hebben geen esthetische,nauwelijks historische waarde en elke emotionele waarde die ze ooit hadden is met de tijd verdwenen. Door hierover na te denken besefte hij dat het eigenlijk gaat over herinneringen. Deze video’s zijn eigenlijk gedigitaliseerde herinneringen van mensen.

Met deze insteek is hij begonnen met een video te monteren met de found footage. Vervolgens is J. Rigole meer videomateriaal van dezelfde aard gaan verzamelen voor zijn persoonlijke projecten. Dit is dan overgegaan tot de oprichting van ‘The International Institute for The Conservation, Archiving and Distribution of Other people’s Memories” (IICADOM). Dit is nu een onlinearchief waar de verweesde herinneringen beschikbaar zijn voor iedereen. Het videomateriaal omvat gedigitaliseerd cassette-materiaal van 1950 tot 1980. Deze zijn verzameld in wat Jasper Rigole het collectief geheugen noemt.

Het interessante aan materiaal van deze tijdsperiode is dat mensen op een heel andere manier omgingen met het onderwerp van hun film. Ze waren zeer selectiefover wat ze filmden aangezien op cassette opnemen en ontwikkelen heel duur was.Ze filmen wat ze willen herinneren, maar ook omgekeerd herinneren ze vooral wat ze filmden omdat ze het opnamen.

Zoals eerder aangehaald gebruikte hij dit materiaal voor persoonlijke projecten. Eén van zulke projecten is: ParadiseRecollected. Dit is een fictionele documentaire met het beeldmateriaal en tegelijk een promofilm voor het IICADOM. De film wordt aaneen gebonden dooreen middeleeuwse tekst in verband met het paradijs. Hij spreekt van “paradise” omdat in deze video’s de realiteit aangepast is. De beelden zijn opgenomen vanuit een idealistisch perspectief. Het zijn mensen hun “mooie” herinneringen.

Het beeldmateriaal wordt systematisch onder gedeeld in verschillende archetypes,bijvoorbeeld: sport, reizen, familiemomenten... Een interessant archetype dat ontstaat binnen deze beelden is wat Jasper Rigole “Temps Mort” noemt. Dit zijn niet nauwkeurig geselecteerde herinneringen die men wou opnemen, maar wel wat men filmde om een cassette te vullen voor ontwikkeling. Die enkele laatste minuten. Deze worden dus op een andere manier geselecteerd en geven ons een korte blik op hoe het dagelijks leven er toen werkelijk uitzag. Het zijn geen geïdealiseerde herinneringen.

Het archiefmateriaal wordt online beschikbaar gesteld, maar is tegelijkertijd ook user-based. Gebruikers kunnen hun inloggen op het archief en helpen met het organiseren en schikken van het beeldmateriaal door middel van een vernuftig levelsysteem. De gebruikers worden gevraagd om bepaalde beelden te analyseren en te categoriseren aan de hand van tijdsperiode, locatie en content. De verschillende levels waarin deze categorisatie werkt worden gecheckt door andere gebruikers in hun levels. Dit zorgt voor een meer betrouwbare encorrectere archivering. De bedoeling van de categorisatie van het archief is om het doorzoekbaar te maken voor het gebruik ervan aan de hand van het narratief potentieel. Historisch onderzoek is dus geen deel ervan. De origine en oorspronkelijke eigenaars van de herinneringen achterhalen lijkt Rigole mooi,maar is niet het hoofddoel.

Ook is het mogelijk om een herinnering te “adopteren”. Hier kunnen de gebruikers dan aanvragen om een herinnering toe te eigenen door er kort een tekstje over te schrijven en te verklaren waarom dit specifiek beeld hun intrigeert.

Jasper Rigole is dus vooral bezig met found-footage films te ontwikkelen, maar dit combineert hij met het archiveren van gedigitaliseerde herinneringen die verweesd zijn en deze online op een gebruiksvriendelijke manier beschikbaar te stellen voor het grotere publiek.