vrijdag 19 december 2014

Concept pitch groep B


http://we.tl/NSXtZ2r10n

geupdate link: https://drive.google.com/open?id=0B_5piBnOX2ggLTljNGN4VkZvekE&authuser=0

Groep A - Artistiek concept

Op de volgende link kan je ons artistiek concept vinden onder puntje 8. Ook hebben we een voorbeeld gemaakt van hoe we ons beeldmateriaal willen verwerken: https://drive.google.com/folderview?id=0B9V28dWk7UqXYS04THVPMll4cUU&usp=drive_web&tid=0B9V28dWk7UqXWFNCbDQ1NXhTU3c

Planning groep B




Hierbij de link naar de planning van groep B 

http://designbyliendk.be/PlanningGroepB.pdf

Groep E: onderzoeksvraag, feedback en planning

Groep E

In de volgende links staan beschreven:



Groep LENS - Artistiek concept

Voor de module Re-Visionary trachten we online found footage (archieven) te hergebruiken in een ‘archive remix’, waarbij een selectie, montage of bewerking van het archiefmateriaal gebeurt om op een multi-mediale manier een antwoord te bieden op een onderzoeksvraag. Als insteek voor ons project kozen we archivering van ‘identiteit’, bijvoorbeeld online sociale netwerken. Sociale netwerken zijn een redelijk nieuw fenomeen. Hoe zal dit evolueren in de toekomst? We vroegen ons af wat er van onze persoonlijke identiteit zal achterblijven voor volgende generaties. Zal dit archief een gewenst beeld schetsen over onszelf? In welke mate is dit beeld objectief?

Hieruit leiden we onze algemene onderzoeksvraag af: “Hoe profileert men zich anders op sociale media dan in realiteit?” Er bestaan verschillende soorten sociale platformen, bv. Facebook, Twitter, Instagram, maar ook YouTube kan een persoonlijk kanaal bevatten, en tevens op vele andere websites creëeren we volop ‘accounts’ oftewel profielen. Profielen zijn voorstellingen van onszelf op het web, waarbij we zelf kiezen welke informatie we noteren over onszelf, welke foto we plaatsen,… Kortom: hoe onze digitale identiteit eruit ziet. Elk platform heeft zijn eigen karakteristieken, en op elk platform gebruiken we bijgevolg een ander soort mentale ‘filter’ als selectiecriterium waarop we - vaak onbewust - keuzes baseren om al dan niet digitale informatie online te plaatsen.

(Fictief beeld Facebookprofiel Willy Claes)

Elk sociaal platform vormt dus als het ware een soort filter op het totale ‘persoonlijke archief’: het geeft een selectief beeld weer. In een eerste fase onderzoeken we daarom welke verschillende soorten sociale netwerken er bestaan en wat hun doel is, om op die manier te achterhalen welke filter gehanteerd wordt om digitale informatie te selecteren. We vertalen dit in moodboards, die een visueel idee geven over het sociaal platform en het gedrag van de gemiddelde gebruiker. Het resultaat geeft duidelijk weer welke informatie geselecteerd wordt door gebruik te maken van het platform.

Is het gefilterde profiel nog steeds een objectieve weergave van die persoon?

Wanneer we bepaalde informatie weglaten en andere informatie over onszelf extra in de kijker zetten, spreken we dan nog wel van 'de waarheid' over onszelf? Is het sociale media archief een objectief beeld over onszelf dat achterblijft? Als eindresultaat willen we een installatie creëeren die de gebruiker hierover zelf een mening laat vormen. We willen de gebruiker confronteren met vragen over onze zelfrepresentatie op het web, hoe we een bepaald beeld creëeren over onszelf, en hoe anderen dit beeld van ons interpreteren.

De installatie zal bestaan uit een online applicatie/website, waarop men 3 verschillende personen kan leren kennen aan de hand van hun persoonlijke sociale media archief. Voor de installatie worden er drie historisch bekende personen gekozen, waarvan er telkens drie sociale media representaties worden voorgesteld. We creëeren voor deze historische personen dus telkens een fictief sociaal mediaplatform, en selecteren inhoud uit het volledige online archief dat we kunnen vinden op basis van de selectiecriteria die de gemiddelde gebruiker toepast op deze platformen, dewelke we in de vorige stap hebben onderzocht. De profielen van de personen onderling kunnen vergeleken worden, maar het is ook mogelijk de verschillende profielen van dezelfde persoon te vergelijken. Zo wordt meteen duidelijk dat elk sociaal platform een ander beeld suggereert over de voorgestelde persoon. Om tenslotte nog meer duidelijk te maken dat wat op Facebook, LinkedIn of Instagram staat, slechts een subjectieve selectie is van het totale persoonlijke archief, kan het sociale media archief worden vergeleken met een ruimer beeld aan archiefmateriaal, afkomstig uit diverse, brede online archieven.

(Fictieve Facebook-publicatie)

We gaan hiertoe opzoek naar een zo volledig mogelijk online ‘persoonlijk’ archief van 3 historisch bekende personen, uit diverse online archiefbronnen. Het is belangrijk dat de personen die we uitkiezen, mensen zijn die een bekend achtergrondverhaal hebben, maar waar niemand meteen het voorkomen van herkent. Dit laat ons toe een profiel te maken van mensen die op het eerste zicht vrij normaal lijken en die naargelang de filter, sociaal of professioneel overkomen. De sterkte in de installatie zit hem dan in het moment wanneer men op het profiel van een persoon die men wel interessant vindt klikt, en vervolgens toegang krijgt tot een meer volledig persoonlijk archief. Zo ontdekken we ook een andere kant van de voorgestelde persoon, en gebruikers die de historische figuur voorheen niet herkenden uit de subjectieve representatie, ontdekken op deze manier hoe een subjectieve representatie hen kan misleiden in het vormen van een beeld over een bepaald persoon.

De drie personen die we momenteel voor ogen hebben zijn Rosa Parks, Brenda Ann Spencer en Lernout & Hauspie (één van beide). De drie sociale media die we nader gaan onderzoeken en waarvoor we de profielen gaan maken zijn Facebook, LinkedIn en Instagram. Deze drie netwerken hebben een duidelijk verschillend doel, en daarom kiezen we deze als representatie.

Is het belangrijk dat we het persoonlijk archief in zijn geheel beschouwen?


Dit is een belangrijk punt in het onderzoek. Is het beeld dat we vormen op basis van de subjectieve selectie op sociale media platformen als Facebook, Instagram of LinkedIn een ‘juist’ beeld? Kunnen we werkelijk iemand leren kennen op basis van de sociale media representatie of door een samenstelling van de verschillende beschikbare sociale media representaties? Of is het belangrijk dat we deze informatie ook kunnen vergelijken met ander archiefmateriaal, zodat beide beelden elkaar kunnen nuanceren?

(Publicatie Agusta-schandaal - Skynet.be/Belga)




Planning

Tijdens de kerstvakantie zal zullen Laurence en Nico trachten een zo volledig mogelijk ‘persoonlijk’ archief samen te stellen van de drie gekozen historische figuren. Hiertoe onderzoeken ze diverse bronnen met archiefmateriaal op het net. Laurence zal zich eveneens verdiepen in het creëeren van de moodboards over de selectiecriteria die gebruikers toepassen op sociale media platformen. Het ontwerp van de grafische interface van de digitale webapplicatie wordt overgelaten aan Elies, zij heeft vanuit haar Game-design opleiding sterke grafische kwaliteiten ontwikkeld. De technische implementatie van de applicatie doet Steven. Concreet is er het idee te werken met meerdere schermen, waarop de gebruiker gelijktijdig een vergelijking kan maken tussen de representaties op de sociale media platformen en het volledige archiefmateriaal.

Vanaf januari zullen we samen de selectie en verdeling van found footage bepalen over de diverse platformen die we gaan creëeren, en zal Steven de verdere implementatie van deze informatie op zich nemen.

dinsdag 16 december 2014

Groep A - Pitch, presentaties, onderzoeksvragen en groepsverslag

Op de volgende link kan je onze pitch, presentaties, onderzoeksvragen en groepsverslag terugvinden onder puntje 3, 4, 5 en 6: https://drive.google.com/folderview?id=0B9V28dWk7UqXYS04THVPMll4cUU&usp=sharing

Onderzoeksvragen: GroepLENS

* Hoofdonderzoeksvraag: 
In welke mate profileert men zich anders op online sociale media dan in werkelijkheid?


* Subvragen:
1) Hoe profileert men zich anders online? Waarom? Welke criteria hanteert men hiervoor?
2) Geeft "gefilterde" informatie een objectief beeld van de persoon (waarbij sociale media gezien worden als filter)?
3) Hoe belangrijk is het dat het persoonlijk archief in zijn geheel beschouwd wordt?

Archieven die we gebruiken: persoonlijke online archieven (sociale media in het algemeen), alsook andere archieven als we een profiel voor een bekend historisch persoon willen maken, bv. YouTube.


De selectie gebeurt op basis van persoonlijke waarde die we hechten aan de inhoud. Vaak is het zo (dan nog te bepalen adhv onderzoek, zie onderzoeksvraag 1) dat men zich online beter wil voordoen, dat men indruk wil maken op vrienden, en dat men minder sociale remmingen heeft. Men zal dus op basis van deze criteria selecteren/filteren.

Groep E - Pitch, presentatie en groepsverslag

Groep E

Pitch




Presentatie

Feedback: Is het onderzoek en de beleving van een persoonlijk archief op zich wel interessant genoeg? Misschien eens bekijken vanuit een andere invalshoek > meer naar de beleving en het effect van de kijker die een persoonlijk archief doorzoekt. 



Informele pitch + formele presentatie groep B

Informele Pitch

Vandaag was het de bedoeling dat we onze projecten gingen pitchen. Eerst aan andere groepen, en vervolgens aan de leerkrachten. Met de feedback die de groepen ons zouden geven, konden we aanpassingen maken en ons project bijsturen zodat het sterker zou zijn.


Hieronder vind u de slides terug van onze informele pitch.




Met de bijhorende feedback.

·         Als we het project uitwerken zoals we het doen, hoe proberen we dan de situatie op te lossen? : We willen niets oplossen, enkel aan het licht brengen dat media de situatie beïnvloedt.
·         Gaan we enkel en alleen gebruik maken van nieuwsbeelden?
·         Misschien meer klankbanden? Niet groot uitgewerkt, maar je kan wat meer spelen met de klankbanden. Je kan in 1 versie een muziekje laten luisteren, de andere een oorlogstrack. Best geen Talking heads in beeld, zodat je kan spelen met de audiotracks.
·         Het is misschien interessant om amateuristische en professionele beelden te combineren. Mensen die op straat zelf filmen, en de nieuwscrews die beelden maken. Hier kan je het contrast fel neerzetten.
·         Het eerste idee is misschien een beetje mager, aangezien het effect dat we willen bereiken bij veel mensen evident is. In andere woorden, iedereen weet al wat wij hun willen tonen.
·         Dik het wat aan naar presentatie toe. 1 film, 2 klankbanden is wat mager.
·         Laat mensen kiezen welk standpunt ze willen horen
·         Aan de vormgeving is nog wat meer werk.
·         Waarom hebben we specifiek gekozen voor verschillende klankbanden, ipv verschillende montages?
·         Er ontbreekt bij het eerste idee nog wat interactie met de kijkers. → het kiezen van het standpunt is interactief

Met de feedback die we gekregen hebben op de informele pitch hebben we wat herwerkt en verbeterd. De presentatie werd ook wat meer uitgebreid voor de formele presentatie











Deze dia’s gingen samen met de onderstaande tekst.
Concept pitch groep B
Korte pitch
Om te tonen hoe beelden kunnen worden beïnvloed door hun context, willen we een website presenteren waarin, naast de context, enkele filmpjes van de standpunten in de zaak rond de rellen in Ferguson worden gepresenteerd. Eén van de standpunten is dat van de betogers, een ander bijvoorbeeld dat van de politie. Bij elk filmpje worden verschillende audiobanden geleverd. Er is bijvoorbeeld een audioband waarbij de  politie over zichzelf in het filmpje praat, er is ook, bij datzelfde filmpje, een audioband van de betogers die over de politie praten. Krijgen de beelden dan een andere betekenis?
Maatschappelijke context
De rellen in Ferguson zijn begonnen nadat de zwarte tiener Michael Brown werd neergeschoten in een altercatie bij de politie. De zwarte gemeenschap van Ferguson wou dat de politieagent die de jonge Brown had neergeschoten veroordeeld werd, toen de politie echter zei dit niet te doen, omdat officier Darren Wilson enkel zichzelf verdedigd had, ontstonden er rellen. Het was namelijk al meerdere keren gebeurd dat zwarte jongeren werden gedood door de politie, zonder dat de officier in kwestie maar enige straf ontving.
De rellen ontvingen natuurlijk veel media coverage, maar de manier waarop de rellen werden voorgesteld, verschilden heel veel van zender tot zender. Zenders die de kant van de politie kozen, stelden de betogers voor als gewelddadige looters, terwijl zenders die het eens waren met de standpunten van de betogers een voornamelijk vreedzaam beeld van de rellen en sit-ins.

Waarom deze installatie
Voor dit project wouden we werken rond meningsvorming over beelden en de context waarin ze voorgesteld worden. Context heeft een immense invloed over hoe wij over beelden en gebeurtenissen denken. Mensen die hoofdzakelijk negatief nieuws over Ferguson te zien krijgen,  zullen een andere mening vormen dan mensen die een overwegend positief beeld van vredevolle betogers te zien krijgen. Elk verhaal heeft echtere meerdere kanten, en deze installatie is een manier om ze allemaal te laten zien.

De feedback hierop was:
- Meer aandacht spenderen aan spelling en woordekeuze
- Geen “rebellen gebruiken “ —> betogers
- Hoe gaan we het tonen ? Computer/ beamer / ...
- Krijgt het publiek een introductie? —> hoe gaan we een hele beleving creëren





maandag 15 december 2014

Research Questions: Group C




Online archives, especially those populated with user-generated content, contain a broad range of different videos from all over the world. We would like to investigate the potential of this content to offer a view on the life and habits of people from different cultures all over the world. This interest leads to the following research question:

How can online archives be used to offer a broader perspective on other cultures, events and situations?

Currently most archives present their content as single pages, each containing one video or image. Wonder if this is the best approach, we introduce a second research question:

Is there potential in simultaneously watching multiple videos, as a way to open the viewers perspective?

As the creation of an artwork concerning these two questions will likely result in a selection of images, and thus never be completely objective, we keep a third question in mind:

Is the image that we are presenting accurate enough?

Pitch + Presentation: Group C

Pitch


We want to create an experience that not only uses projection mapping as a medium, but really benefits from the use of this particular technology.

[download pdf]

Feedback & ideas from group discussion

Remarks (group E) 

Subject has to be linked to the 3D surface (it will be hard).
What are the capabilities of the medium?
Maybe the story is not the main point?
Narrative is better when environment is good.
Start with base of a story and then going back and forth.

Remarks (group A)

Is the narrative important? Is the experience not more important?
Thought about some kind of interactivity?
Experience is more important than the interactivity!
Cubes: Be interactive with the objects!
Sound comes from a different place (experience)
Standard images: people can make their own story

Presentation


The use of simultaneous images to broaden the viewers perspective.


Feedback & ideas from group discussion

Maybe it's better to use the live stream of weathercams available all over the world?
Or find live streams from vloggers?
What about the different time zones?
Make all the video's the same subject (eg. 8am: breakfast, 9am: leaving to work,...)
What about the sound? Let people select? Should we pre-select? General sound fitting all the videos?

Pitch: Groep LENS


Pitch
"Welk beeld creëren anderen over jou op basis van je online zelfpresentatie?"

Presentatie








Gestelde vragen:
Leen Engelen:
Wat beschouwen we als persoonlijk archief materiaal?
Wat is het verschil tussen een historisch en persoonlijk archief?
Wat zijn de criteria die iemand gebruikt om iets van zichzelf online plaatsen?
Wat is er al rond gemaakt? Gaat het onderzoek wel diep genoeg?
Wat blijft er over van een publiek archief na overlijden persoon?
Waarom een historisch persoon?
Interactief design? Gebruik maken expertise groepsleden?
Contrast onderzoeken tussen wat je zelf kiest en wat een ander over jou zegt.

Groep E:
Wel  genoeg diepgang?
Hoe gaan we de filter visualiseren?
Is facebook een goed vertrekpunt?
Hoe gaan we ons onderzoek naar voor brengen in het eindresultaat?
Hoe gaan we een hedendaags medium combineren met een historisch aspect?

Groep B:
Is het niet interessanter om omgekeerd te werken?
Genoeg verschillende sociale media betrekken.
Hoe gaan we het uitbeelden? Interactief?

Algemeen:
Zijn de onderzoeksvragen niet te moeilijk te beantwoorden?
Gaan we rekenen op de inleving van de gebruikers?
Vragenlijst? eenmalig of permanente app?
Waar zit de found footage?
Kunnen we iets doen dat verder gaat dan een diagnose stellen?
Is ons eindresultaat een product of kritiek? 







vrijdag 12 december 2014

Kogonada

 :: kogonada is a filmmaker who makes very beautiful films essays. As he mostly uses clips from fiction films, he is not a found footage filmmaker pur sang. As a film historian, I love his work. He tweets at @kogonada and tumbles at missingozu.tumblr.com. You can view some of his works at kogonada.com and on Vimeo

dinsdag 9 december 2014

Artist Talk: Evan Meaney | Bill Morisson – Group A

De link naar onze verslagen over Evan Meaney en Bill Morisson: https://drive.google.com/folderview?id=0B9V28dWk7UqXYS04THVPMll4cUU&usp=sharing

Artist Talk: Evan Meany - Groep E

EVAN MEANEY
—————————————————————————————————


Evan Meaney maakt Kunst met glitches en fouten in data, hierbij gaat hij express data stress testen met het gevolg dat de file een nieuw leven krijgt.


De manier waarop hij dit doet is door de code te openen en dan manueel stukken te verwijderen, een proces dat ook natuurlijk gebeurt. Doordat er elektronen wegvliegen, door hiermee te experimenteren creëert hij glitches of fouten in wat de file zou moeten representeren en ze dus iets nieuws worden. Hij experimenteert hiermee om te kijken naar hoe data corrupt geraakt en welke gevolgen deze data los met zich meebrengt. Het feit is dat niets eeuwig is maar de data die wij nu opslaan zou wel eens een veel korter leven beschoren zou kunnen hebben dan we denken. Er zijn verschillende mogelijkheden waarom we een bestand niet meer zouden kunnen lezen, de eerste is mechanical failure', hierbij geraakt de bestandsdrager beschadigd waardoor er delen van de data wegvallen. De volgende is dat de codec waarmee de data geschreven is is verouderd waardoor de computer niet weet wat hij met de files moet doen. Als laatste is het mogelijk dat er kleine stukjes van de data verloren gaan waardoor het geheel onleesbaar of onherkenbaar wordt. Dit gebeurt doordat al onze data magnetisch is en we op een enorme ronddraaiende magneet wonen.

Evan gaf ook wat meer inzicht in hoe codecs werken en wat de gevolgen daarvan zijn. Zo heeft hij zelf een codec gebouwd die eigelijk zeer inefficiënt is en gebruik maakt van redundancy waardoor hij geen last heeft als er deeltjes wegvallen. Het enige nadeel is dat waneer de file met die codec gecodeerd wordt ze niet meer leesbaar is omdat het bestand zo zwaar is geworden. Deze codec noemt dan ook the Big Sleep.

Dit alles doet ons nadenken over de vergankelijk van onze eigen data en hoe we hiermee kunnen omgaan. Eén van de vragen die ik me dan begin te stellen is hoe belangrijk dit allemaal is. Archiveren is belangrijk maar opruimen is dat ook. Als we spullen al een aantal jaar in de kast hebben liggen wordt de kans steeds kleiner dat we ze nog gaan gebruiken, misschien wordt het dan tijd om ze weg te gooien. Maar op welke manier gaan we daar mee om met onze digitale bestanden? Op dit moment is het heel gemakkelijk om alles bij te houden, de prijs van data opslag ligt momenteel zo laag dat er bijna geen reden is om het niet te doen. Maar hoe belangrijk zijn die vierduizend vakantie fotos die we vorige zomer hebben genomen eigelijk, en gaan we er nog wel eens naar kijken, of bekijken we er misschien slechts veertig? 

Dit gesprek over data brengt deze vragen bij mij op. Doordat we onze data digitaal opslaan is deze wel erg goed te sorteren en redelijk vindbaar. Maar doordat deze niet tastbaar en zichtbaar is, is het soms moeilijk om te zien welke data nu op de data drager staat. Hierdoor ruimen we hem niet op, maar we gebruiken we hem ook niet omdat ze moeilijk zichtbaar te maken is.

Artist Talk: Evan Meany – Group C

In his talk, Evan Meaney gave insight into his current art works and projects that deal with new media forms being exposed to the aspect of decay. Meany sports a strong vision and enthusiasm about the volatility of not only art and media, but also of data in general and eventually of life itself. He bases his work around themes like death, finiteness and the dealing with such. One of the main topics hereby is the loss of information – or rather the fear of losing information.

A very interesting aspect of Meaney’s talk was the revision of an allegedly common belief in digital technology’s superiority to physical preservation techniques; so far, nothing is safe from decay and not even digital technology is capable of avoiding this process. One of the main reasons for this is the occurrence of so-called glitches: disruptions in a digital code that causes the output to distort.

The aim in one of his latest projects is the countering of this process through the collection, fragmentation and preservation of data in a massive data container. The consequence of this process however is the permanent inaccessibility of the data.

On a philosophical level, it could be interesting to question the necessity of the preservation of any data to begin with. Why and when would it be important to preserve something, especially if nothing and no one is going to last – and especially if this information becomes inaccessible forever? In that sense, what does it really mean to preserve something? And is that price too high to pay?

Further, Meaney suggests a connection between glitches and the idea of ghosts.
“For the most part, a ghost and a glitch develop from a similar ephemeral root; meaning that we don't expect either of them, and once engaged, they quickly disappear.”
Gloria!
Hollis Frampton, 1979
He draws out this connection in his short film/ game project ‘The Ceibas Cycle’. Here, the main character dies in the beginning of the plot, resurrects as a ghost and eventually enters the after-life. A digital glitch is placed in that same moment of the scenario, which expands the experience of death and decay to another dimension: It is no longer an event within the predictable and limited frame of a game plot, but affects aspect like the system’s functionality, time and space beyond the borders of the film.

The Ceibas Cycle: Epilogue
Evan Meaney, 2011
By generating it on purpose, Meaney plays with the aspect of glitches as an art form. He changes the original code, re-imagines the original memory and artificially generates the result of a decaying process before the actual process. Consequently, wouldn’t that mean that the “destruction” of something old is the creation of something new? Wouldn’t that mean that the process of decaying, the altering of information and memory, and the supposed loss of the old, is actually a form of rebirth? Like ghosts, an altered form of a human, entering a new life and world? But can something decay and be reborn forever, without being completely gone at some point?

artist talk samenvatting groep 2

Evan Meaney & Bill Morrison

Evan

Evan Meaney is net zoals Bill Morrison een artiest die zich bezig houdt met verval van artifacten van onze cultuur. Terwijl Bill’s werk, Decasia, zich focust op het verval van nitraatfilms door slechte opslagomstandigheden, focust Evan Meaney zich op het verval van digitale beelden. Momenteel worden grote hoeveelheden van onze archieven gedigitaliseerd, hij vraagt zich af of dit wel zo een goed idee is, elke fileformat is namelijk niet perfect, en zal na een tijd data beginnen verliezen, bovendien moeten de files elke tien jaar geupdate worden naar een ander formaat, omdat het oude uit gebruik raakt. Daarnaast vindt hij ook dat we moeten leren accepteren dat alles wat nu bestaat, ooit tot niets gereduceerd zal worden, hoe hard we dit ook proberen te bevechten. Het is een enge gedachte, die ook de kunstenaar niet onberoerd laat. Deze angstvallige tendens om alles zo goed mogelijk proberen te bewaren en het onvermijdelijke tegen te gaan spreekt hij aan in zijn werken, twee daarvan zijn  Ceibas: epilogue- the well of representation en het big sleep file format.

Ceibas: epilogue
Ceibas is een remake van een werk van Hollis Frampton. Hij gebruikte hiervoor footage van verscheidene playthroughs. Het spel dat hij speelt, is echter gemaakt om te falen, wat een interessante clash oplevert tussen het verhaal van Ceibas: epilogue en het middel waardoor het gepresenteerd wordt. In het verhaal herrijst de jonge bruidegom namelijk na de dood: een positieve boodschap, dat de dood en het eindige kunnen verslaan worden. Het medium waarmee het verhaal echter verteld wordt, is een spel dat langzaamaan aan het kapot gaan is, en uiteindelijk zal vernietigd worden door verval.
Dit kan een metafoor zijn voor de zoektocht van de mens naar een oneindig bestaat van iets, van onszelf. Als soort zijn we geobsedeerd met het ontwijken van de dood, met jong blijven. Het is te merken in onze geneeskunde, die steeds geavanceerder wordt, verhalen over de fontein van de eeuwige jeugd. We willen herrijzen uit de dood, zoals het hoofdpersonage, maar zullen eindigen zoals het spel, en daar hebben we het moeilijk mee.

Het big sleep file format
Om digital decay te voorkomen, moeten files voldoende gebuffered worden. Bepaalde checks kunnen dan kijken wanneer deze buffers beginnen te vervallen en waarschuwen archivisten.
Zo kunnen er tijdig kopieën gemaakt worden. Evan Meaney werkt nu ook aan een formaat dat een bestand kan beschermen tegen digital decay, het heeft echter één groot nadeel: eens een bestand in het big sleep formaat is opgeslaan, kan het niet meer geopend worden.
Dit roept verscheidene vragen op, de grootste van deze vragen is, “heeft het enig nut om onze bestanden zo  te beveiligen.”
We kunnen namelijk hopen dat als de opslagmedia de tand des tijds al doorstaan hebben, er ooit iemand is die het formaat terug kan ontcijferen en de originele inhoud kan openen, maar is die kleine kans het waard om onze informatie zo te versleutelen dat ze in het nu kan gezien worden? Het is een keuze die we moeten maken. We kunnen onze bestanden tegen de tijd beveiligen, maar we kunnen ze met niemand meer delen, of we kunnen onze bestanden met de wereld delen, en ermee leren leven dat ze vroeg of laat zullen stoppen met bestaan, hoeveel kopieën we ook maken.


Bill Morrison (Decasia)

Decasia is een  heel verwarrende film die best wel veel vragen oproept.
Er is geen duidelijke  verhaallijn. Dit zorgt ervoor dat er heel wat persoonlijke interpretaties zijn, die enorm van elkaar kunnen verschillen.  

De muziek die het werk ondersteunde, gaf het  een ongemakkelijk gevoel. De repetitieve en dreigende elementen, samen met de beelden, stukjes oude film die langzaamaan aan het vergaan zijn, geven het werk een verontrustende en ongemakkelijke sfeer.